Een strijd in stilte
De geschiedenis wordt gevormd door allerlei veldslagen die de loop ervan een wending hebben gegeven. Het meest duidelijke voorbeeld hier is de slag bij Waterloo waar Napoleon in 1815 met moeite werd verslagen. Er werd definitief afgerekend met de Franse overheersing van Europa. Het was de basis voor het voorbestaan van het Koninkrijk der Nederlanden en de hegemonie van het Britse rijk in de wereld die meer dan 100 jaar zou duren.
In het Nieuwe Testament zien we ook een slag die de loop van de geschiedenis zou overheersen. Het vond plaat in de hof van Getsémané, een olijfgaard aan de rand van Jeruzalem, vlak voordat Jezus gevangen werd genomen Je kan niet zeggen dat dat zonder slag of stoot gebeurde. Er werd juist hevig gevochten en Jezus stond helemaal alleen. Zijn leerlingen, degenen die het dichtst bij hem stonden waren in slaap gevallen.
Maar het was een gevecht in stilte. Een strijd die Jezus niet met wapens voerde maar in gebed. Jezus streed tussen angst en overgave. In die angst is Jezus zo herkenbaar. Wie zou er niet bang zijn als zo’n vreselijk lot je stond te wachten? Iedereen zou dat zijn. In het gebed van Jezus wordt de angst voor wat er gebeuren gaat heel duidelijk onder woorden gebracht:
“Vader, als het mogelijk is, laat deze beker dan aan mij voorbijgaan!”
Maar aan de andere kant is er ook de overgave. Jezus onderwerpt zich aan de wil van zijn Vader.
“Maar laat het niet gebeuren zoals ik het wil, maar zoals u het wilt.”
Zo vindt er een gevecht plaats in het gebed. Een gebed waarin Jezus tot aanvaarding komt van zijn missie. Zijn missie die het Koninkrijk van God op aarde sticht. Deze veldslag is een belangrijke mijlpaal in de komst van dat koninkrijk. Maar hoe anders dan de slag bij Waterloo, waar de veldheren duizenden laten sterven om de wereld te onderwerpen. Hier onderwerpt de Heer zichzelf. Hier neemt hij de dood vrijwillig op zich. Als daad van ultieme gehoorzaamheid. Zijn gehoorzaamheid maakt de wereld juist vrij in plaats van onderworpen. Omdat in die gehoorzaamheid de liefde van God zichtbaar wordt. De liefde die maakt dat mensen echt kunnen leven. Vrij voor het aangezicht van God. Vrij voor de eeuwige liefde.
Jezus doorkruist de diepten van het menselijk bestaan. Hij daalt neder ter helle, zoals de geloofsbelijdenis zegt. Als wij bidden vanuit de nood. Dan is hij bij ons. Hij kent onze nood. Hij kent ons zuchten van binnenuit. In Jezus heeft God het helemaal zelf ondergaan: de angst en de dood. “De Geest pleit voor ons met woordloze zuchten,” schrijft Paulus in Romeinen 8: 39. Zien we dat zuchten al hier niet in Getsémané? Hier in Getsémané verbindt God zich met het menselijk lijden van alle tijden. Opdat door dat lijden de toekomst van het nieuwe Koninkrijk al daagt. In de opstanding van Jezus met Pasen treedt het koninkrijk aan het licht. Een nieuw bestaan wordt openbaar. Zelfs de dood is verslagen, de pijn is geleden.
Daarom zuchten wij in al onze gebeden. Jezus gaat ons voor in dat gebed, zoals hij ons ook voorgaat op de weg naar het koninkrijk.
ds. Marco Roepers