Nu bidden wij de Heilige Geest
Pinksteren en protestanten is een wat moeizame combinatie. Het waren vooral Pinkstergemeenten die de Heilige Geest belangrijk vonden en de protestanten die hadden er minder mee. Dat is het beeld dat ik al meer dan eens ben tegengekomen. Van de grondlegger van het protestantisme, Maarten Luther, wordt gezegd dat hij niet veel aandacht besteedt aan de Heilige Geest in zijn theologie.
Maar als we het Nieuwe Liedboek doorbladeren dan vinden we als nummer 671 het lied Nu bidden wij de heilige Geest. De schrijver van het lied is Maarten Luther. Hij heeft zelfs een lied gewijd aan de Heilige Geest. Sterker nog, het is niet eens zijn enige. In het Nieuwe Liedboek staan er 2 van zijn hand, in het “oude liedboek” staan er zelfs 3 liederen over de Geest door Hem geschreven. Blijkbaar was de Heilige Geest voor hem toch heel belangrijk.
Dit lied “Nu Bidden wij de Heilige Geest” is het minst bekende van het tweetal in het Nieuwe Liedboek. Wellicht goed om er eens beter naar te kijken. Wat is het voor lied?
Het eerste couplet gaat al volgt:
Nu bidden wij de Heilige Geest
om een recht geloof het allermeest,
dat Hij ons verblijde en ons bevrijde
en aan ’t einde ons naar huis geleide.
Kyrieleis.
Het couplet vraagt om aan het einde naar huis te worden geleid. Dat gaat over de dood en het hiernamaals. Dat is toch niet iets waar wij de Heilige Geest in de eerste plaats mee associëren. Eigenlijk is het teleurstellend dat Luther de Heilige Geest met leven na de dood verbindt.
Maar het lied is in oorsprong niet geschreven door Luther. Het is een lied uit vermoedelijk de 13e eeuw geschreven in het Duits. Het is geen Latijns lied dat in de kerk gebruikt werd. Het was vermoedelijk een volkslied en het was heel populair in de Middeleeuwen. Het bestond uit één couplet en dat heeft Luther ongewijzigd overgenomen als het eerste couplet. De andere coupletten zijn toevoegingen van hem. Deze inzet bij de dood is dus niet van hem, maar geeft iets van het levensgevoel van de Middeleeuwer weer.
De twee volgende coupletten gaan als volgt:
Geef, kostbaar licht, ons uw helderheid,
dat wij Christus kennen voor altijd.
Leer Gij ons te bouwen op die getrouwe,
die ons ’t vaderland heeft doen aanschouwen.
Kyrieleis.
Geef, heilige liefde, uw overvloed,
doe ons hart ontvlammen in uw gloed,
dat wij een van zinnen elkaar beminnen,
alle twist en tweedracht overwinnen.
Kyrieleis.
Het tweede couplet gaat over de hoop en het derde couplet handelt over de liefde. Als wij dan zien dat in het eerste couplet gesproken wordt over geloof dan heeft Luther deze bede aan de Heilige Geest omgewerkt tot een gebed om geloof, hoop en liefde. En dat is prachtig. Want zijn geloof, hoop en liefde niet de werkingen bij uitstek van de Heilige Geest? Lees 1 Korintiërs 13 er maar op na in de Bijbel!
Het laatste couplet gaat om de steun van de Geest in aanvechtingen. Als het geloof niet over hoop gaat maar over wanhoop en verwerping. Luther bidt dat Gods Geest daarin altijd mag troosten tot het einde toe. Dan kunnen we leven met een gerust hart.
Zo heeft Luther een oud element uit de traditie opgenomen en het weer een nieuwe betekenis gegeven. Ook daarin zit werkzaamheid van de Geest: het oude weer als nieuw laten klinken.
Luther heeft dit lied niet alleen met Pinksteren laten zingen maar het hele jaar door. Dat is iets wat wij ook kunnen doen, maar met Pinksteren, het feest van geloof, hoop en liefde is het zeker op zijn plaats.
ds. Marco Roepers