Na Pasen was ik voor het eerst twee dagen bij de vergadering van de landelijke synode van onze kerk. Als afgevaardigde van onze classis Noord Oost Groningen ga ik daar naartoe. Ik schrok wel even toen ik – natuurlijk weer te laat, want ja die trein en dan helemaal uit Zeerijp en ook nog eens de weg kwijt raken in het plaatsje Lunteren – de grote deur van de vergaderzaal opendeed: wat een gigantische ruimte! Voorin, op een podium achter tafels, het moderamen van de synode. Boven hen een groot scherm, waarop sprekers in beeld worden gebracht. Je kunt de synode overigens zo ook volgen, op synode t.v.
Ik merkte al snel dat er hard gewerkt wordt op een synodevergadering, er is weinig tijd ingeruimd voor lunch en avondeten, voor koffie en theepauzes. Er moet dan ook een grote hoeveelheid aan onderwerpen besproken worden. De sfeer was gewoon erg goed, je kunt met iedere aanwezige in de wandelgangen zonder problemen een praatje maken. Verder is er veel gebed: ’s morgens een morgengebed, ’s avonds een avondgebed, voor elke maaltijd een gebed van iemand van het moderamen. Je kunt alleen al in de gebeden de kleuren van onze kerk terug horen: iemand uit de Bond bidt met andere woorden dan iemand uit de Lutherse kerk.
Een thema dat al van tevoren veel stof deed opwaaien in de kranten, was de mobiliteit van predikanten. Door allerlei oorzaken blijven predikanten de laatste tijd langer in dezelfde gemeente. Dat is niet altijd goed. Vandaar dat er een voorstel lag om predikant en gemeente te stimuleren om wat meer beweging in het beroepingswerk te krijgen. Ik was niet van alle voorgestelde maatregelen gecharmeerd, ook niet van het voorstel om predikant en gemeente de mogelijkheid te geven na 12 jaar uit elkaar te gaan. Maar het bijzondere is dat je op zo’n synode samen bent als ouderlingen, diakenen, kerkrentmeesters en predikanten. Naast mij zat een kerkrentmeester en juist zijn verhaal liet mij een andere kant zien. Toen heb ik toch maar voor gestemd.
domie Tjalling